Afgelopen zaterdag namen we afscheid van Toon Walleyn — een man die bijzonder veel betekend heeft voor talloze Lissewegenaars. Op vraag van de familie schreef Mathijs Goderis onderstaande tekst voor zijn uitvaart.
Lieve Toon,
Telkens wanneer ik voorbij je galerij wandel, waar het mooie bord met je naam nog steeds fier hangt, bekruipt me het gevoel dat jij elk moment naar buiten zou kunnen komen voor een babbeltje. Of dat je daar weer zou zitten, op je stoeltje “up de zulle”, met dat voor jou zo typerende hoedje. Zo werd jij een vaste waarde in het straatbeeld van Lissewege — en sta je nog altijd in het geheugen gegrift van zovele Lissewegenaars.
Van een oud krantenwinkeltje maakte jij opnieuw een plek waar mensen graag kwamen. Niet alleen om kunst te bewonderen, maar vooral om even stil te staan. Voor een babbel, een luisterend oor, een frisse pint. Want dat kon jij als geen ander: luisteren. Echt luisteren. Jij nam de tijd. Voor iedereen. Bij jou voelde iedereen zich welkom.
Toon, jij belichaamde voor mij wat de ziel van een dorp is: onthaasten, verbinding zoeken, gul zijn. Gul met je tijd, je vriendschap, je inzet. Dat soort gulheid dat steeds zeldzamer wordt was bij jou zo vanzelfsprekend.
Je was altijd te vinden voor een zot idee of een onverwacht project. Zoals die keer op carnaval, toen je zonder iets te zeggen je galerij omtoverde tot een café, en iedereen verbaasd stond over “het nieuwe caféetje in het dorp”. Of toen we samen werkten aan het fotoproject Waar is de tijd. We verzamelde oude foto’s, jij trok eropuit om precies hetzelfde beeld opnieuw vast te leggen, en maakte er prachtige collages van. Dat werd een expo — maar het werd meer dan dat. Bezoekers begonnen spontaan hun eigen verhalen te vertellen. En jij, Toon, jij luisterde.
Jij zei toen tegen mij: “Mathijs, daar moeten we iets mee doen.” En zo schreven we samen een boekje, met de foto’s én de verhalen. Zonder jou was dat er nooit gekomen. Zo was jij: altijd ten dienste van iets of iemand anders.
Toen je een paar jaar geleden vertelde dat je naar Frankrijk zou verhuizen, bleven velen hopen op je terugkeer naar je geliefde witte dorpje. Maar het heeft niet mogen zijn. En dat doet pijn.
Op carnaval zag ik je voor het laatst. Zoals zovelen. Wat ben ik blij dat we elkaar toen nog een stevige knuffel hebben gegeven, en nog een pintje samen dronken. Wie had toen kunnen denken dat dat ons laatste pintje zou zijn. Dankjewel voor alles wat je betekend hebt voor Lissewege. Voor je vriendschap, je warmte.
Het ga je goed, Toontje.
We gaan je missen hier in Lissewege.
Heel erg hard.
Mathijs